Nieuw onderzoek uit Groot-Brittannië en Australië geeft aan dat een afnemend gezichtsvermogen, zelfs op schijnbaar onbeduidende manieren, een vroeg waarschuwingssignaal kan zijn voor dementie, die mogelijk al twaalf jaar vóór een klinische diagnose optreedt. Hoewel dit geen definitieve voorspeller is voor individuen, suggereren trends op populatieniveau een sterke correlatie tussen veranderingen in het gezichtsvermogen en toekomstige cognitieve achteruitgang.
De opkomende link tussen zicht en dementie
Twee grootschalige onderzoeken die in 2024 zijn gepubliceerd, hebben het verband benadrukt. Uit het Australische onderzoek, waarbij meer dan 2200 deelnemers werden geanalyseerd, bleek dat een verslechterende gezichtsscherpte significant slechtere scores voorspelde op het gebied van probleemoplossing, geheugen en aandachtstests. Uit het Britse onderzoek, waarbij meer dan 8.000 personen betrokken waren, bleek dat langzamere visuele verwerkingssnelheden geassocieerd waren met een grotere kans op de diagnose dementie in het daaropvolgende decennium.
Deze bevinding is significant omdat het suggereert dat visusgerelateerde veranderingen onderliggende neurologische schade kunnen weerspiegelen voordat klinische symptomen optreden. De nieuwste Commissie over dementie van The Lancet erkent nu verlies van gezichtsvermogen als een bijdragende factor in maximaal 2,2% van de gevallen, en plaatst dit naast andere bekende risicofactoren zoals onbehandeld gehoorverlies (dat verantwoordelijk is voor 7%).
Waarom dit belangrijk is: vroege detectie en interventie
De relatie is niet noodzakelijkerwijs causaal; Achteruitgang van het gezichtsvermogen kan het gevolg zijn van verschillende behandelbare problemen, zoals staar. Uit het onderzoek blijkt echter dat het vroegtijdig aanpakken van deze problemen het risico op dementie mogelijk kan verminderen. Nikki-Anne Wilson, hoofdauteur van het Australische onderzoek, legt uit: “Het vroegtijdig identificeren van deze veranderingen en het aanpakken ervan kan het risico helpen verminderen.”
De verbinding kan ook tot stand komen door maatschappelijke betrokkenheid. Uit het Australische onderzoek bleek dat verminderd sociaal contact het verband tussen achteruitgang van het gezichtsvermogen en cognitieve prestaties gedeeltelijk verklaarde. Personen met een slechter gezichtsvermogen kunnen sociale gebeurtenissen vermijden vanwege angst, wat hun cognitieve gezondheid verder beïnvloedt. Het onderhouden van sociale verbindingen zou daarom de impact van verlies van gezichtsvermogen kunnen verzachten.
De rol van screening en behandeling
De bevindingen impliceren niet dat iedereen met zichtproblemen dementie zal ontwikkelen. Het integreren van eenvoudige gezichtstests in de risicoscreening op dementie zou echter waardevol kunnen zijn naast andere cognitieve beoordelingen. Het Britse onderzoek maakte bijvoorbeeld gebruik van een eenvoudige reactietijdtest om de visuele verwerkingssnelheid te beoordelen, een maatstaf die correleerde met toekomstige dementiediagnoses.
Deskundigen benadrukken dat dementie een complexe aandoening is met meerdere factoren die hieraan bijdragen. Maar de groeiende hoeveelheid bewijsmateriaal suggereert dat de ogen zeer gevoelig zijn voor de gevolgen van veroudering, waarbij retinale scans een significante voorspeller blijken te zijn van het sterfterisico. Het voor iedereen toegankelijk maken van screening en behandeling van verlies van gezichtsvermogen is daarom een cruciale stap in het terugdringen van de incidentie van dementie.
Vooruitkijken
Hoewel er meer onderzoek nodig is om de mechanismen die een rol spelen volledig te begrijpen, benadrukt het opkomende verband tussen achteruitgang van het gezichtsvermogen en dementie het belang van vroege detectie en interventie. Door zichtproblemen proactief aan te pakken, naast andere risicofactoren, kunnen we mogelijk de cognitieve achteruitgang bij een aanzienlijk deel van de bevolking vertragen of zelfs voorkomen.
De belangrijkste conclusie is dat de gezondheid van het gezichtsvermogen niet alleen gaat over helder zien; het kan ook een venster zijn op de gezondheid van de hersenen op de lange termijn
