Archeologen hebben bewijs gevonden dat kinderen vanaf 18 maanden ongeveer 1400 jaar geleden opzettelijk werden getatoeëerd in het oude Nubië (het huidige Soedan). De ontdekking, gedetailleerd beschreven in een recent PNAS -onderzoek, roept vragen op over het doel van deze ongebruikelijke praktijk: was het religieus, beschermend of eenvoudigweg decoratief?
Vroege tatoeagepraktijken
Tatoeëren is een eeuwenoude menselijke traditie, waarvan de oudst bekende voorbeelden te vinden zijn bij Ötzi de IJsman (5.300 jaar oud) en Egyptische mummies (5.000 jaar oud). Dit waren echter vrijwel uitsluitend volwassenen. De Nubische bevindingen zijn belangrijk omdat ze enkele van de eerste bevestigde gevallen vertegenwoordigen van systematische tatoeages bij zeer jonge kinderen. Dit is ongebruikelijk omdat het tatoeëren van kinderen zelden in het archeologische archief wordt aangetroffen.
De Nubische ontdekking
Onderzoekers onderzochten meer dan 1.000 gemummificeerde overblijfselen van locaties die dateren tussen 650 en 1.000 na Christus, een periode waarin het christendom zich door de regio verspreidde. Microscopie met behulp van infraroodverlichting onthulde tatoeages bij 27 personen, met een opvallende concentratie bij kinderen onder de 11 jaar. Sommige kinderen werden zelfs meerdere keren getatoeëerd, wat duidt op herhaalde procedures.
De tatoeages zelf waren eenvoudig van ontwerp: geclusterde stippen en streepjes, vaak gerangschikt in een ruitpatroon op het voorhoofd. Dit patroon symboliseerde mogelijk een christelijk kruis, wat leidde tot speculaties dat de tatoeages dienden als een permanent teken van geloof.
Mogelijke verklaringen
De teamleider, archeoloog Anne Austin, stelt verschillende mogelijkheden voor:
- Religieuze markering: Als tatoeage gekoppeld was aan christelijke bekering, hadden ouders het misschien kunnen gebruiken om hun kinderen permanent als gelovigen te identificeren. Dit zou vooral van betekenis zijn in een tijd van religieuze transitie.
- Beschermend of medisch doel: De tatoeages waren mogelijk bedoeld om ziekten af te weren, met name malaria, die veel voorkwam in de Nijlvallei. Er zou kunnen worden aangenomen dat tatoeages op het voorhoofd hoofdpijn of koorts, veel voorkomende malariasymptomen, zouden voorkomen.
- Culturele traditie: De praktijk kan eenvoudigweg een culturele norm zijn geweest, vergelijkbaar met moderne oorpiercings of besnijdenis.
De onderzoekers denken dat de Nubiërs messen gebruikten in plaats van naalden om de tatoeages aan te brengen, gezien de vorm van de markeringen.
Waarom dit belangrijk is
De ontdekking daagt de aannames over tatoeagepraktijken in de oudheid uit. Het opzettelijk tatoeëren van peuters suggereert een culturele betekenis die verder gaat dan louter versiering. De timing, die samenvalt met de verspreiding van het christendom, impliceert een potentiële religieuze dimensie. Bovendien roept het hoge aantal tatoeages bij kinderen vragen op over de gezondheidstoestand in de regio op dat moment. Als ouders hun kinderen tatoeëerden om hen te beschermen, duidt dit erop dat ze te maken kregen met ernstige en aanhoudende gezondheidsbedreigingen.
“De vorm van tatoeëren bij Kulubnarti lijkt niet extremer dan het piercen van de oren van een peuter of het besnijden van pasgeboren baby’s,” zei Austin.
Het mysterie blijft onopgelost, maar de Nubische tatoeages bieden een uniek inzicht in de overtuigingen en praktijken van een lang verloren beschaving.
































